Vergetelheid hervonden
“Wat is er, oma?” Vraagt hij met een bezorgde stem. Ik dacht dat oma sliep, maar nu zit ze opeens met een van emotie vertrokken gezicht te staren naar iets dat alleen zij kan zien. Is ze bang? Verdrietig?
Ik heb ‘Chitty Chitty Bang Bang’ voor haar opgezet. Bij mij weet Dick van Dyke nog altijd een tsunami van emoties op te roepen als hij in zijn door roet geblakerde overall het schoorsteenlied over de daken schalt.
Maar Chitty Chitty Bang Bang haalt het niet bij Mary Poppins.
“Boeboeboe!” zegt mijn moeder beschuldigend terwijl Dick een lied laat opborrelen.
“Wat is er oma? Vraagt mijn oudste bezorgd.
Het is snel gegaan de afgelopen maanden. Een duidelijk maar kortstondig “Niets” of “Ik heb het koud” is nu verworden tot “Boeboeboe” en voor ons is het vaak chinees.
“Vind je het niet leuk?” vraag ik.
“Ja!” zegt ze. “Boeboeboe!” Het is even stil en dan volgt “Juist wel!”
Dus toch een tsunami. Ik begrijp haar gevoel wel. Ik hoef de eerste tonen van “Feed the birds” maar te horen of ik loop vol. Niet alleen mijn ogen, maar mijn hele lichaam. Pure overweldiging. Dat is voor haar net zo. Maar in plaats zich op een sociaal acceptabele manier in dat gevoel te vatten – een gezond mens noemt dat vrijheid – ontstaat er kortsluiting.
Universele kortsluiting, die wij, gezonde mensen, meestal op het nippertje een richting kunnen geven. Lachen, huilen, even naar de WC. Maar mijn moeder kan dat niet meer. De schijnvrijheid van de gezonde menselijke geest is haar ontgaan. Zij drukt zich uit met een overtuigend, hartgrondig en altijd zeer accuraat “Boeboeboe”.
Het ontroert mij.
Mijn kinderen zijn de boeboeboe fase al jaren voorbij. Zelfs mijn meer-dan-alleen-neefje Benjamin kan inmiddels behoorlijk diepgaande filosofische monologen houden over de zin van het leven of het lot van zijn houten speelgoedtrein.
Mijn moeder haalt me nu terug naar die tijd. De tijd dat boeboeboe voldoende was om uit te drukken wat je voelde. Het was waar de wereld uit bestond. Boeboeboe.
Laatst liep ik met Evelijn in de bossen rondom de Posbank toen ik opeens volledig verpletterd werd, binnenstebuiten gekeerd door de overweldigende eenvoud, eenheid, van alles. Dat zijn momenten dat woorden te kort schieten. Pogingen tot uitleg verzanden in onzinnig gebrabbel. Wij zijn het bos. Wij lopen in onszelf. Het bos wandelt in ons. Zie je niet hoe mooi het is? Hoe ongelooflijk simpel!
De tsunami van echte vrijheid, vergetelheid van grenzen, oplossing in de eenheid.
“Boeboeboe” volstaat.
En toch, het boeboeboe van mijn moeder is ook een klaagzang over het verlies van haar spraakvermogen, sluimerend bewustzijn van dat gemis. Het duurt nooit lang. De vergetelheid slaat steeds sneller weer toe. Een vergetelheid van dik beton, waarbuiten nog kennis bestaat. Waarbinnen ergens, stiekem, de wetenschap nog leeft van die nu onbereikbaar geworden kennis.
Boeboeboe veroorzaakt dan een ander soort tsunami in mij. Boeboeboe volstaat dan niet.
Dan wil ik niets anders dan de wereld verscheuren.
Ik wil nog even zeggen hoe ongelooflijk knap je het beschreven hebt. Deze bijna onmogelijke situatie voor een mens. Zo opgesloten te zijn in je eigen wereldje. En dan alleen het boeboeboe nog kunnen uiten. Het kan voor veel staan…frustratie, verdriet, onvermogen, uiten van liefde…. Ik heb met zwaar dementerende mensen gewerkt..vond het prachtig om te doen. Te zoeken naar elke vezel in die mens die een vorm van contact kan opleveren. Toen waren het patiënten van mij nu is het jou moeder en dat doet pijn en geeft je het tsunami gevoel..alles overweldigend, vernietigend en doet pijn..diep van binnen. Ik kan het vast niet helemaal goed verwoorden wat jij precies over wilt brengen. Maar mij geeft het altijd een gevoel van diepe eenzaamheid waar je moeder zich in moet bevinden. Maar ook voor jullie..familie aan de zijlijn…..sterkte lieve Vincent <3
Wow
Prachtig geschreven, Vincent. Over de onontkoombare cyclus van ons leven en de heelheid van ons bestaan: ‘wij zijn het bos’…. Je bent een woord-tovernaar!
Prachtig Vincent